Fietsstraat

Een fietsstraat is een straat die ingericht is als fietsroute, maar waarop tevens auto's zijn toegestaan. Dit autogebruik wordt echter beperkt door het karakter en de inrichting van de fietsstraat.

Reinpadstraat in Genk

In België en Nederland zijn fietsstraten vaak rood gekleurd, net als fietspaden.

Doel

Fietsstraten vormen een alternatief voor traditionele fietsroutes langs hoofdwegen. De straten liggen veelal in woongebieden die daardoor een meer autoluw karakter kunnen krijgen. Een belangrijk punt hierbij is dat de verkeersintensiteit op de oorspronkelijke straat bepalend is voor de uitvoering. Wanneer er te veel motorvoertuigen gebruik van maken is een veilige fietsstraat niet haalbaar. Ook dient rekening gehouden te worden met parkeercapaciteit. Smalle straten waar ook geparkeerd moet worden lenen zich derhalve niet voor een inrichting als fietsstraat.

Varianten

Er zijn vier fietsstraatvarianten:

  • De autoluwe woonstraat. Vaak is deze straat al aangewezen als fietsroute waardoor weinig aanvullende maatregelen nodig zijn.
  • Fietsers ruim aan de zijkant. Doordat aan weerszijden van de autostrook brede wijnrode fietsstroken liggen, is de positie van de automobilist duidelijk. Bij hogere intensiteiten wordt de autostrook verbreed om passeren mogelijk te maken.
  • Fietsers meer in het midden. Door het fietsgedeelte te centreren langs de lengte-as zullen fietsers vooral in het midden rijden.
  • Rijbaanscheiding. Onderscheiding van twee rijrichtingen heeft een versterkend effect voor de fietser. Inhalen en parkeren wordt tegengegaan, vaak door een verhoging op de as en een smalle redresseerstrook.

Geschiedenis

De Duitse stad Münster maakte in 1990 de eerste fietsstraat.

In 1996 verscheen in Nederland de eerste fietsstraat: in Utrecht werd de Burgemeester Reigerstraat tot fietsstraat omgebouwd. Deze werd overigens in 1999 weer ontmanteld.

Gent had in 2011 met de Visserij de primeur voor de eerste fietsstraat van België.

Juridisch

Nederland

In Nederland hebben fietsstraten geen juridische status, het zijn feitelijk fietspaden waarop alle overige categorieën weggebruikers zijn toegestaan. De normale regels van de Wegenverkeerswet gelden hier. Fietsers houden zoveel mogelijk rechts en rijden met maximaal twee personen naast elkaar als zij anderen niet hinderen. Elke fietsstraat kan zijn eigen beperkingen krijgen door extra bebording zoals een maximumsnelheid (bord A01-30) of inhaalverbod voor motorvoertuigen (bord F01). Het verkeersbord "Fietsstraat auto te gast" is in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens als informatiebord (bord F1002) opgenomen. Hiervoor hebben wegbeheerders vaak zelf verkeersborden bedacht; dit kwam de eenduidigheid en begrijpelijkheid bij de weggebruikers echter niet ten goede (te zien op de foto uit Delft).

België

Sinds 3 februari 2012 is het concept 'fietsstraat' opgenomen in de Belgische Wegcode. Per koninklijk besluit zijn op 4 december 2012[1] vier verkeersborden toegevoegd aan de in België wettelijk toegestane verkeersborden: het begin van een fietsstraat en het einde ervan, in zowel het Frans als het Nederlands. De fietsstraat wordt in de Wegcode als volgt gedefinieerd: “een straat die is ingericht als fietsroute, waar specifieke gedragsregels gelden ten aanzien van fietsers, maar waarop tevens motorvoertuigen zijn toegestaan. Een fietsstraat wordt gesignaleerd met een verkeersbord F111 dat het begin en een verkeersbord F113 dat het einde aanduidt.”[2]

In Belgische fietsstraten mogen de fietsers de volle breedte van de rijbaan gebruiken (in eenrichtingsstraten) of de rechterhelft ervan (in tweerichtingsstraten). Motorvoertuigen hebben toegang tot fietsstraten maar mogen er geen fietsers inhalen. De snelheid mag in een fietsstraat nooit hoger liggen dan 30 km/u, wat dus geldt voor alle weggebruikers.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.