Eenheidsworst

Eenheidsworst was een worst die een door de regering vastgestelde samenstelling en prijs kende in tijden waarin de grondstoffen schaars waren. In onder andere Duitsland en Nederland heeft er een eenheidsworst bestaan. Deze worsten stonden bekend om hun slechte kwaliteit.[1]

Duitsland

Einheitswurst ontstond in november 1916 in Berlijn. Goedkope en duurdere stukken vlees mochten niet meer afzonderlijk worden verkocht maar werden onherkenbaar dooreen gemengd tot een product dat voor iedereen gelijk was en waarvoor een maximumprijs gold.

Nederland

Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd in Nederland de eenheidsworst ingevoerd.[2] Het was een Duits concept dat in april 1918 werd overgenomen op initiatief van minister Folkert Posthuma.[3] Voedsel werd steeds schaarser en de regering besloot op een gegeven moment dat slagers niet meer allerlei soorten vlees mochten verkopen. In plaats daarvan moesten ze al dat vlees door de gehaktmolen draaien. Op die manier kreeg iedereen hetzelfde. De eenheidsworst was net als het regeringsbrood op de bon.[4] Het weekrantsoen was bepaald op 100 gram per Nederlander en de prijs op 25 cent per worst. Eenheidsworsten waren niet bijzonder lekker maar door de magere tijden wel erg gewild.

Zie ook

Eenheidsworst in het moderne taalgebruik

De term "eenheidsworst" is in het Nederlands een aanduiding geworden voor iets wat door zijn volkomen uniformiteit als niet erg aantrekkelijk wordt gezien.

Zoek eenheidsworst op in het WikiWoordenboek.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.