Dolomiet
Dolomiet of bitterspaat is een carbonatisch mineraal; calcium-magnesium-carbonaat met de chemische formule CaMg(CO3)2. Gesteente dat grotendeels uit dit mineraal bestaat wordt ook dolomiet genoemd, ter onderscheiding wordt ook wel de naam dolosteen gebruikt.
Dolomiet
| ||||
Mineraal | ||||
Chemische formule | CaMg(CO3)2 | |||
Kleur | Kleurloos, grijs, geelbruin, bruin | |||
Streepkleur | Wit | |||
Hardheid | 3,5 tot 4 | |||
Gemiddelde dichtheid | 2,85 kg/dm3 voor zuiver dolomiet | |||
Glans | Glas- tot parel | |||
Opaciteit | Doorschijnend | |||
Breuk | Bros, schelpvormig | |||
Splijting | Perfect, [1011] | |||
Habitus | Romboëder, prisma, tafelvormig | |||
Kristaloptiek | ||||
Kristalstelsel | Trigonaal | |||
Brekingsindices | 1,5 - 1,681 | |||
Dubbele breking | 0,1790 - 0,1810 | |||
Overige eigenschappen | ||||
Chemisch gedrag | reageert slechts met verwarmd HCl | |||
Lijst van mineralen | ||||
|
Eigenschappen
In zijn voorkomen lijkt dolomiet op calciet, maar het lost ondanks het basische carbonaation slecht tot niet op in zoutzuur. Het is niet precies bekend hoe het mineraal wordt gevormd, een mogelijkheid is dat het gebeurt in ondiep zeewater in (sub-)tropische gebieden, maar ook andere mechanismen zijn mogelijk. Hoewel het gesteente meestal niet door sedimentatie ontstaat, wordt het toch tot de sedimentaire gesteenten gerekend.
Naam
De naam dankt het mineraal aan de 18de-eeuwse Franse geoloog Déodat de Dolomieu, die dit mineraal ontdekte in de bergketen die sindsdien naar hem de Dolomieten wordt genoemd.
Voorkomen
Het mineraal ontstaat meestal secundair in kalksteen, waar door omzetting van puur calciumcarbonaat dolomiet ontstaat. Doordat Mg ionen plaatsen van Ca ionen in het kristalrooster innemen, ontstaan zowel op atomaire als op macroschaal gaten in het gesteente. Dit is typisch voor secundaire dolomiet.
Industriële toepassing
Dolomiet wordt gebruikt als natuursteen, maar ook als grondstof voor cement, als bron voor magnesiumoxide en voor het vervaardigen van vuurvaste stenen.