Derk Jan Eppink (bedrijfskundige)

Derk Jan (Jan) Eppink (Putten, 15 juni 1944) is een Nederlands bedrijfskundige, organisatieadviseur en emeritus hoogleraar Management en Organisatie aan de Vrije Universiteit Amsterdam.[3]

Derk Jan Eppink
Persoonlijke gegevens
Geboortedatum15 juni 1944[1]
GeboorteplaatsPutten[2]
Nationaliteit Nederland
Wetenschappelijk werk
VakgebiedBedrijfskundige
PromotorIgor Ansoff
Alma materVrije Universiteit Amsterdam
InstitutenVrije Universiteit Amsterdam
Portaal    Onderwijs

Levensloop

Studie en academische carrière

Na een studie bedrijfseconomie aan de Vrije Universiteit Amsterdam te hebben gevolgd, werkte Eppink eind jaren 1960 enige jaren bij een middelgrote onderneming als assistent-accountant en later als directiesecretaris. In de jaren 1970 keerde hij terug naar de Vrije Universiteit als wetenschappelijk medewerker aan de economische faculteit. Hier promoveerde hij in 1978 onder begeleiding van Igor Ansoff op het proefschrift Managing the unforeseen. A study of flexibility.[4] De Amerikaanse Ansoff was in dit tijd werkzaam bij het European Institute for Advanced Studies in Management in Brussel verbonden was.[3]

Als wetenschappelijk hoofdmedewerker aan de economische faculteit leidde Eppink in de jaren 1980 een onderzoek naar strategieën en structuur in de Nederlandse verzekeringsbranche. Hij mengde zich daarbij in 1986 in het publieke debat over en van Centraal Beheer en Interpolis.[5] Zo ook verdedigde hij in 1993 het investeringsbeleid van de KLM, die op zijn aandelen in Air Littoral een flink verlies had geleden.[6]

Aan de Vrije Universiteit Amsterdam werd Eppink in 1989 benoemd tot bijzonder hoogleraar Strategie en omgeving,[2]. In 1995 volgde de aanstelling tot gewoon hoogleraar Management en Organisatie. Eerder was hij gasthoogleraar geweest bij de ESSEC, International Business School in Europe, en was betrokken bij de Aix-Marseille Graduate School of Management, en later gaf hij nog gastcolleges in vele landen.[3]

Verdere werkzaamheden

Naast zijn werk aan de universiteit deed Eppink werk voor organisatieadviesbureaus als AEF, Berenschot, Boer & Croon en Felix & Co. Hij zat jaren in de redactieraad van de internationale tijdschriften Strategic Management Journal en Long Range Planning Journal. Hij deed verder bestuurswerk voor enige Nederlandse en internationale organisaties, en was lid van de Raad van Commissarissen van enkele ondernemingen. Bij de NCOI Opleidingsgroep diende hij als voorzitter was van de academische raad voor bedrijfskunde.[3][3]

Samen met Doede Keuning schreef hij Management en Organisatie. Theorie en toepassing uit 1978,[7] dat daarna vele heruitgave beleefde. Dit boek werd een klassieker, een "soort Aap Noot Mies voor universitair geschoolde economen," waarvan in twintig jaar tijd meer dan 125 duizend exemplaren werden verkocht.[8]

Publicaties, een selectie

  • Management en Organisatie. Theorie en toepassing, met Doede Keuning, 1e dr. 1978, 10e dr. 2009.
  • Ondernemingsstrategie, met Sytse Douma. Deventer : Kluwer Bedrijfswetenschappen, 1993.
  • Bouwstenen van management en organisatie, met Gert-Jan Melker en Peter Tack, 2011.

Trivia

Een van de stellingen in Eppink's proefschrift betrof de winstbepaling. Zo stelde hij:

"Zolang de fiscus winstbepaling op basis van vervangingswaarde niet toestaat, verdient het aanbeveling in de kostprijscalculatie rekening te houden met de te betalen belasting over de schijnwinsten [9]"

Zijn laatste stelling betrof de waarschuwing bij snoepreclames op televisie, waarover hij stelde:

"Het tonen van een gestileerde tandenborstel bij snoepreclames op de televisie heeft vaak een omgekeerd effect. Beter ware het deze afbeelding te vervangen door een realistische weergave van een aangetast kindergebit.[9]"
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.