Rode Hoed

Rode Hoed is een debatcentrum in een voormalige remonstrantse schuilkerk in Amsterdam aan de Keizersgracht op nummer 102.

Rode Hoed
Rode Hoed
Opgericht14 september 1990
ZetelKeizersgracht 102 Amsterdam
Personen
OprichterHuub Oosterhuis
DirecteurClayde Menso
Website

Stichting Rode Hoed

Stichting Rode Hoed is een cultureel debatcentrum, gevestigd in een monumentaal pand aan de Keizersgracht in Amsterdam. Rode Hoed organiseert debatten, lezingen, symposia, literaire- en muzikale programma’s voor een breed publiek, maar ook andere organisaties zijn regelmatig in de Rode Hoed te vinden. Tevens is Rode Hoed te huur voor zowel zakelijke als feestelijke bijeenkomsten. Rode Hoed is ook een erkende trouwlocatie.

Met zijn debatten is Rode Hoed kritisch volger en aanjager van de maatschappelijke en politieke discussie. Rode Hoed streeft naar verkennende en verbindende debatten waarin tegenstellingen worden overbrugd en nieuwe inzichten ontstaan.

Vrijburg

Tot 1629 was hier een hoedenmakerij gevestigd. In dat jaar werd het gebouw voor de Remonstrantse Gemeenschap aangekocht door wijnkoper Antoni de Lange en doctor Jan van Hartoghvelt. Remonstranten mochten hun geloof niet in het openbaar belijden.[1] De hoedenmakerij werd afgebroken en in 1630 werd er de schuilkerk Vrijburg gebouwd, die tot 1957 dienstdeed als Remonstrantse kerk. De grote zaal is de grootste en oudste bewaard gebleven schuilkerk in Nederland.

De schuilkerk staat verstopt tussen een rij huizen aan de Keizersgracht in Amsterdam. Hij is gesitueerd in het midden van het blok, met huizen aan alle vier de zijden, en er is geen toegang vanaf welke straat dan ook.[1] Anders dan vele andere schuilkerken is de Vrijburg een aanzienlijk gebouw. Het telt twee verdiepingen met boogramen en zelfs een klein roosvenster. Het neoklassieke interieur is vormgegeven alsof het een basiliek betreft, met twee sets van galerijen. Om de plek te behouden heeft de congregatie bijna alle omringende gebouwen opgekocht of de huur van bewoners overgenomen.[1] In 1957 verlaten de remonstranten de oude kerk aan de Keizersgracht en betrekken een nieuw, modern gebouw in Amsterdam-Zuid. De nieuwe remonstrantse kerk aan de Diepenbrockstraat is beter bereikbaar, kent geen parkeerproblemen en is goedkoper in onderhoud dan het grote, oude gebouw. Na 328 jaar trouwe dienst staat de kerk er stil, verlaten en nog steeds onzichtbaar bij op de plek van de voormalige hoedenmakerij. Dat zal dertig jaar duren.

Voormalig priester Huub Oosterhuis ontdekte in 1989 dat het gebouw leegstond. Hij zocht hij een ontmoetingsplek voor discussie over politiek en religie en een plaats voor de bijeenkomsten van de Amsterdamse Studentenekklesia. In het leegstaande pand zag hij hier de ideale plaats voor. De eigenaar van de remonstrantse kerk, Stichting Vrijburg, had verbouwingsplannen maar die waren weinig concreet. Het stichtingsbestuur was meteen enthousiast over de ideeën van Oosterhuis. De Rode Hoed was geboren. Op 14 september 1990 werd het centrum officieel geopend. Met hulp van geld van de Orde van de Zusters van Liefde in het Brabantse Schijndel en de franciscanessen in Roosendaal legde hij vijf ton op tafel voor bekabeling voor tv-opnamen in de Rode Hoed. Zij kenden Huub Oosterhuis al door de honderden liturgische liederen die hij had geschreven. Daarnaast waren ze linkse zusters die leden onder het machobeleid van de bisschoppen. Ze zagen het belang van de Ekklesia, al was die buitenkerkelijk. Zonder deze steun zou de Rode Hoed een heel andere start hebben gekend. Nota bene mondaine televisiekabels hebben ertoe geleid dat Sonja Barend ver voor de officiële opening in de Rode Hoed vond wat zij zocht: een plek voor haar praatprogramma. Haar programma's Sonja op... maakten de Rode Hoed in één klap bekend. Barend had een grote schare fans en misschien wel net zo'n grote groep critici, maar iedereen keek. Ondanks de aanwezigheid van de Ekklesia en lezingen over religie en bezinning, werd de Rode Hoed vanaf het begin geassocieerd met progressief-intellectueel, met de VARA (door Barend), en met de PvdA. Vooral nadat André van der Louw in 1991 in de oude schuilkerk het Sociaal Democratisch Vernieuwingsplatform had opgericht, in de wandeling 'Rode Hoed-groep' genoemd. Het kon Oosterhuis niet rood genoeg zijn, zeggen verschillende mensen die met hem samenwerkten.

In 1997 nam Sonja Barend afscheid van de Rode Hoed om samen met Paul Witteman het programma Barend & Witteman te maken vanuit De Plantage. Op 4 januari begonnen Paul Witteman en Marcel van Dam met een nieuw programma in de Rode Hoed: Het Lagerhuis. Met dit rechtstreekse debatprogramma wilden ze de afstand tussen politici en de gewone man verkleinen. De deelnemers aan het debat moesten een zo rijk mogelijke schakering van de Nederlandse samenleving zijn.

In 1998 werd Anneke Groen de nieuwe directeur van de Rode Hoed en kwam daarmee in de programmering meer nadruk te liggen op journalistieke onderwerpen en samenwerkingsverbanden. Op 29 januari 2000 stond Nederland op zijn kop: het essay 'Het multiculturele drama' van Paul Scheffer bracht veel ophef teweeg. Een paar weken later debatteerden Scheffer, Roger van Boxtel en Ahmed Aboutaleb over de spiegel die Scheffer Nederland had voorgehouden en wat daarin wel of niet te zien was of gezien mocht worden – afhankelijk van aan welke kant van de discussie men zich bevond. Het was een historisch moment voor de Rode Hoed: drommen mensen stonden voor de deur.

Een van de langstlopende terugkerende evenementen in de Rode Hoed is de Abel Herzberglezing, genoemd naar de Joodse advocaat en schrijver Abel Herzberg. Oosterhuis, die met hem bevriend was, was door zijn werk geraakt en beïnvloed. Hedy d'Ancona was de eerste die de lezing uitsprak.

Referenties

  1. Kaplan, Benjamin J., Religious Conflict and the Practice of Toleration in Early Modern Europe, Harvard University Press, 2007, hoofdstuk 8, p. 180 e.v.
Zie de categorie De Rode Hoed, Amsterdam van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.