Danaus
Danaus is een geslacht van vlinders uit de familie Nymphalidae. De naam Danaus werd in 1758 al door Linnaeus gebruikt op een manier zoals we tegenwoordig ondergeslachten zouden aangeven.[1] Linnaeus' 'ondergeslacht' Danai werd door Jan Krzysztof Kluk in 1780 opgewaardeerd tot zelfstandig geslacht, waarmee Kluk de auteur van de geslachtsnaam is.[2] Er zijn twaalf soorten die allemaal een overwegend oranje tot rode basiskleur hebben. De bekendste soort is de monarchvlinder (Danaus plexippus). Deze soort geniet grote bekendheid vanwege de grote afstand tussen de overwinteringsgebieden en de zomergebieden die deze trekvlinder elk jaar, in meerdere generaties per jaar, twee keer aflegt.
Danaus | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Monarchvlinder (Danaus plexippus) | ||||||||||||
Taxonomische indeling | ||||||||||||
| ||||||||||||
Geslacht | ||||||||||||
Danaus Jan Krzysztof Kluk, 1780 | ||||||||||||
Afbeeldingen Danaus op | ||||||||||||
Danaus op | ||||||||||||
|
Geslachtsnaam
De wetenschappelijke geslachtsnaam Danaus is afgeleid van Danaos. Dit was een figuur uit de Griekse mythologie, koning van Libië, die met zijn 50 dochters, de Danaïden, van Libië naar Argos vluchtte om de meisjes te redden van een gedwongen huwelijk met de 50 zonen van zijn tweelingbroer Aigyptos. Linnaeus vernoemde het overgrote deel van de soorten die hij in de groep Danai candidi plaatste naar de dochters van Danaos, en die in de groep Danai festivi naar de zonen van Aigyptos.[3] Linnaeus licht de namen zelf ook toe, onderaan pagina 467 van Systema naturae. Daar staat: "Danaorum Candidorum nomina a filiabus Danai Aegypti, Festivorum a filiis mutuatus sunt." (= "De namen van de Danai candidi zijn aan de dochters van Danaos ontleend, die van de Danai festivi aan de zonen van Aigyptos").[4]
Soorten
naar Nymphalidae.net,[5] gemodificeerd naar Smith et al. (2005).[6]
- Danaus affinis - (Fabricius, 1775)
- Danaus bibussa - Fruhstorfer
- Danaus birungensis - Fruhstorfer
- Danaus chaoaspina - Staudinger
- Danaus chrysippus - (Linnaeus, 1758)
- Danaus chrysippus alcippus - (Cramer, 1777)
- Danaus chrysippus orientis - (Aurivillius, 1909)
- Danaus cleophile - (Godart, 1819)
- Danaus diapientis - Strand
- Danaus dorippus - (Klug, 1845)
- Danaus dorippus bataviana - (Moore, 1883)
- Danaus eresimus - (Cramer, 1777)
- Danaus erippus - (Cramer, 1775)
- Danaus genutia - (Cramer, 1779)
- Danaus gilippus - (Cramer, 1775)
- Danaus hamata - (MacLeay, 1827)
- Danaus infumatus - Aurivillius
- Danaus ismare - (Cramer, 1780)
- Danaus kotoshoensis - (Matsumura, 1929)
- Danaus malayensis - Fruhstorfer
- Danaus mangiolina - Staudinger
- Danaus melanippus - (Cramer, 1777)
- Danaus petilia - (Stoll, 1790)
- Danaus plexaure - (Godart, 1819)
- Danaus eresimus plexaure - (Godart, 1819)
- Danaus plexippus - (Linnaeus, 1758)
- Danaus plexippus megalippe - (Hübner, 1826)
- Danaus plexippus nigrippus - (Haensch, 1909)
- Danaus ravida - (Fruhstorfer, 1896)
Referentie
- Linnaeus, C. (1758). Systema naturae per regna tria naturae ed. 10(1): 471.
- Kluk, J.K. (1780), Zwierząt domowych i dzikich osobliwie kraiowych, historyi naturalney początki i gospodarstwo deel 4: 84 e.v. (en niet de vaak geciteerde tweede editie uit 1802).
- In Systema naturae vinden we bij de Danai candidi, de witte vlinders, de soortnamen Daplidice, Evippe, Glaucippe, Pyranthe, Arsalte, Hipparete, Damone, Trite, Hyale en Hecabe geeft, allemaal dochters van Danaos. In de groep Danai festivi vinden we de soortnamen Midamus, Enceladus, Obrinus, Perius, Chrysippus, Mineus, Hyperantus, Pamphilus en Xanthus, allemaal zonen van Aigyptos, volgens de versie van het verhaal zoals opgetekend door Hyginus (1e eeuw v.Chr.), in Fabulae: 170. Slechts drie van Linnaeus' namen in de groep festivi (Niavius, Cassiae, en Sophorae) zijn géén zonen van Aigyptos.
- Linnaeus, C. (1758), Systema naturae 10(1): pagina 467.
- Danaini op Nymphalidae.net
- Smith, David A. et al. (2005), A classification of Danaus butterflies (Lepidoptera: Nymphalidae) based upon data from morphology and DNA, Zoological Journal of the Linnean Society 144(2): 191–212.