Knutten

De knutten of knutjes (Ceratopogonidae) vormen een familie van muggen uit de orde tweevleugeligen (Diptera). Ze worden ook knaasjes, knijten (Vlaanderen), knozels (Zuid-Nederland), mietsen (Noord-Nederland), mampieren (Suriname)[1] of meurzen genoemd, en soms ook zandvliegjes, een benaming die in vaktaal op soorten uit de familie motmuggen of Psychodidae slaat. Wereldwijd komen er 5989 beschreven soorten voor.[2]

Knutten
Culicoides sonorensis
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Diptera (Tweevleugeligen)
Onderorde:Nematocera (Muggen)
Familie
Ceratopogonidae
Newman, 1834
Afbeeldingen op Wikimedia Commons
Knutten op Wikispecies
Portaal    Biologie
Insecten

Kenmerken

Deze zeer kleine steekvliegjes zijn slechts 1 tot 4 millimeter. Ze hebben korte poten, donkere vlekjes op de vleugels en stekende monddelen.

Verspreiding en leefgebied

De larven leven in zeer vochtige omstandigheden zoals plasjes water in boomstronken, in bladoksels of in oppervlaktewater. Veel soorten zijn belangrijk als bestuiver van planten, ook voor voedselgewassen van de mens zoals cacao.

Relatie tot de mens

Rol als verspreider van ziekten

Net als steekmuggen zuigen de vrouwtjes bloed van gewervelden, waaronder de mens, voor hun eieren. Hun beet kan een hevige jeuk veroorzaken. Een aantal soorten is door dit steekgedrag verspreider (vector) van een aantal ziekten die veroorzaakt worden door bacteriën, parasitaire wormen en virussen. Knutten zijn onder andere verantwoordelijk voor de verspreiding van de ziekte blauwtong onder herkauwers. In augustus 2006 openbaarde deze ziekte, die normaal in warme streken voorkomt, zich bij Nederlandse schapen. Knutten kunnen verder het Schmallenbergvirus bij zich dragen.[3] Dit virus kan ziekte en misvorming van jongen bij verschillende soorten vee veroorzaken. Er zijn ook knuttensoorten die uitsluitend parasitair leven op andere, grotere insecten.

Hinder

Knutten vertonen zich zelden in de volle zon maar in de schaduw en aan het einde van de dag als de zon laag staat kunnen knutten bij weinig wind zeer hinderlijk zijn. Wat enigszins helpt is goed bedekken van het lichaam en in beweging blijven; ze worden alleen door fijn muskietengaas tegengehouden. De larven van knutten kunnen in de natuur voorkomen in dichtheden van 700 per vierkante meter.[4] In een vochtige omgeving is structureel alleen wat aan overlast van knutten te doen door enerzijds het water waar mogelijk te laten stromen en anderzijds de natuur de ruimte te geven, zodat natuurlijke vijanden zo veel mogelijk kans hebben.

Er wordt verondersteld dat knutten op de geur van zweet afkomen van personen met een tekort aan vitamine B. Hiervoor kunnen vitamine B-pillen een remedie zijn.[5]

Taal

Knijten komen voor in uitdrukkingen als "Ik snap er geen knijt van", waar het als synoniem voor zier geldt.[6]

Taxonomie

De volgende taxa worden bij de familie ingedeeld:

  • Onderfamilie Austroconopinae
    • Geslacht Austroconops
    • Geslacht Archiaustroconops
  • Onderfamilie Ceratopogoninae
    • Tribus Ceratopogonini
      • Geslacht Afrohelea
      • Geslacht Agilihelea
      • Geslacht Allohelea
      • Geslacht Alluaudomyia
      • Geslacht Ankylohelea
      • Geslacht Austrohelea
      • Geslacht Baeodasymyia
      • Geslacht Baeohelea
      • Geslacht Bothahelea
      • Geslacht Brachypogon
      • Geslacht Cacaohelea
      • Geslacht Calcarhelea
      • Geslacht Camptopterohelea
      • Geslacht Capehelea
      • Geslacht Ceratoculicoides
      • Geslacht Ceratohelea
      • Geslacht Ceratopogon
      • Geslacht Chairopogon
      • Geslacht Congohelea
      • Geslacht Diaphanobezzia
      • Geslacht Downeshelea
      • Geslacht Echinohelea
      • Geslacht Fanthamia
      • Geslacht Fittkauhelea
      • Geslacht Heteroceratopogon
      • Geslacht Heterohelea
      • Geslacht Hypsimyia
      • Geslacht Isthmohelea
      • Geslacht Kolenohelea
      • Geslacht Leptohelea
      • Geslacht Luciamyia
      • Geslacht Macrurohelea
      • Geslacht Metacanthohelea
      • Geslacht Monohelea
      • Geslacht Nannohelea
      • Geslacht Notiohelea
      • Geslacht Notoceratopogon
      • Geslacht Oxyria
      • Geslacht Parabezzia
      • Geslacht Paralluaudomyia
      • Geslacht Parastilobezzia
      • Geslacht Pseudostilobezzia
      • Geslacht Rhynchohelea
      • Geslacht Schizohelea
      • Geslacht Schizonyxhelea
      • Geslacht Serromyia
      • Geslacht Spinellihelea
      • Geslacht Stilobezzia
      • Geslacht Stiloculicoides
      • Geslacht Washingtonhelea
      • Geslacht Mantohelea
    • Tribus Culicoidini
    • Tribus Heteromyiini
    • Tribus Palpomyiini
    • Tribus Sphaeromiini
      • Geslacht Alloimyia
      • Geslacht Guihelea
      • Geslacht Wannohelea
      • ....
    • Tribus Stenoxenini
      • ....
  • Onderfamilie Dasyheleinae
  • Onderfamilie Forcipomyiinae
  • Onderfamilie Leptoconopinae
  • Onderfamilie Lebanoculicoidinae
    • Geslacht Lebanoculicoides

Voorkomen in Nederland

In Nederland zijn 110 soorten uit deze familie inheems verdeeld over de volgende geslachten:[7]

Literatuur

  • David Burnie (2001) - Animals, Dorling Kindersley Limited, London. ISBN 90-18-01564-4 (naar het Nederlands vertaald door Jaap Bouwman en Henk J. Nieuwenkamp)
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.