Aquacultuur

Aquacultuur omvat de teelt van aquatische organismen zoals vissen, schaaldieren, schelpdieren en waterplanten. Ook het kweken van zeevis, mosselen en oesters in kweekinstallaties buiten de kust wordt tot de aquacultuur gerekend. Onder aquacultuur wordt zowel het kweken van aquatische organismen in zout als zoet water gerekend, maar het vangen van wilde vis (die niet gecultiveerd is) valt hier weer niet onder. Daarnaast worden sommige organismen op kuststroken gekweekt.

Viskwekerij in Slovenië
Oesterputten in Yerseke

Soortgroepen

Kreeftachtigen

Kreeftachtigen worden zowel in zoet als zout water geteeld, afhankelijk van de soort. Onder de kreeftachtigen worden meerdere soorten garnalen, kreeften en krabben geschaard. Vanaf 1950 is de teelt zich gaan globaliseren en het merendeel van deze teelt vindt plaats in Zuidoost-Azië en Ecuador.[1]

In tropische landen worden veel garnalen gekweekt. De kweek van deze garnalen is vaak omstreden, omdat stukken mangrovewoud gekapt worden om plaats te maken voor kweekvijvers. Daarnaast worden veel antibiotica en andere, soms giftige, middelen gebruikt om ziekten te bestrijden. De garnalenteelt heeft ook een bepaalde cyclus waarin aanvankelijk goede winsten worden gemaakt en later de opbrengst door de opkomst van virusziekten weer in elkaar zakt. Hierdoor heeft de garnalenteelt zich weer naar andere plaatsen verplaatst, resulterend in het kappen van nog meer mangrovewoud. Verantwoordelijk is de afnemende waterkwaliteit bij semi-intensieve systemen en de onmogelijkheid om door hygiënische maatregelen infecties te voorkomen zoals bij recirculatiesystemen.

Planten

Het kweken van bepaalde waterplanten wordt ook onder de noemer aquacultuur geschaard. Voorbeelden hiervan zijn bepaalde soorten wieren en zeewieren. Naast een aantal waterplanten wordt het kweken van zouttolerante soorten als zeekraal en lamsoor tot de aquacultuur gerekend.[2]

Vissen

Het telen van vissen wordt als een vorm van aquacultuur gezien, in tegenstelling tot het wegvangen van wilde exemplaren. Er kan onderscheid worden gemaakt tussen de intensieve en de extensieve visteelt.

Weekdieren

Er worden meerdere soorten weekdieren voor de consumptie gekweekt. Deze soorten behoren onder andere tot de oesters en de mosselen. Hoewel de belasting op het ecosysteem van de productie lager is dan andere soortengroepen, is deze vorm van industrie wel verantwoordelijk voor de introductie van meerdere invasieve exoten wereldwijd. Het kweken van weekdieren vergt schoon water.[3]

Het kweken van weekdieren kan zowel in zoet als zout water plaatsvinden, maar ook op het strand of aan de kust. Bij het kweken kan er gebruik worden gemaakt van lange lijnen in het water, maar ook van vlotten die men in het water laat drijven, zodat de schelpen erop kunnen groeien.

Overige groepen

Overige groepen omvatten de in het water levende reptielen, amfibieën, holtedieren en stekelhuidigen. Een voorbeeld van stekelhuidigen die voor de consumptie gekweekt worden, zijn de zeekomkommers.

Kweekmethoden

  • Intensieve gesloten systemen
  • Open kooien in zee of in een meer
  • Sea ranching met grote kooien in zee (farming)
  • Bodemkweek of hangcultuur voor schelpdieren

Dierenwelzijn

In de aquacultuur zijn diverse richtlijnen en normen inzake vissenwelzijn van toepassing, onder meer van de Europese Unie, de Raad van Europa en de Wereldorganisatie voor diergezondheid.

Zie ook


Zie de categorie Aquaculture van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.