Antonio de Morga

Antonio de Morga Sánchez Garay (Sevilla, 29 november 1559 - Quito, 21 juli 1636) was een Spaans koloniaal bestuurder, rechter en historicus. In 1600 leidde hij de twee Spaanse schepen die slag leverden met twee Hollandse schepen onder leiding van Olivier van Noort. Zijn boek Sucesos de las islas Filipinas, uit 1609, is een van de belangrijkste werken over de vroege Spaans koloniale tijd in de Filipijnen.

Vroege levensloop en opleiding

Antonio de Morga was de tweede zoon van Pedro de Morga y Garay en Augustina Sanchez y López de Garfias. Hij bleek een talentvol, vlijtig en serieuze jongen die op zijn tiende jaar naar de universiteit van Salamanca werd gestuurd. Daar behaalde hij in 1574 zijn baccalaureaat. Omdat zijn vader in die tijd al zijn vermogen verloor, zag zijn toekomst er echter niet rooskleurig uit. De hertog van Osuna, Don Pedro Giron, bood hem echter een vacante prebende van kanunnik aan bij het college der hogeschool van Osasuna. Op 24 december 1578 promoveerde hij daar tot doctor in het Canoniek recht. Twee jaar later behaalde hij bovendien een doctorstitel Recht aan de universiteit van Salamanca.

Kort na zijn afstuderen, in 1982, trouwde De Morga met Juana de Biviesca Muñatones. Hij was op dat moment alcalde van Baracaldo. De vele kinderen die de twee kregen, deed De Morga lonken naar een de beter betaalde baan in een van de Spaanse koloniën. Op 18 augustus 1593 werd hij door koning Filips II benoemd tot plaatsvervanger (teniente-general) van de gouverneur-generaal van de Filipijnen en tot assesor. Zijn salaris zou 2000 peso per jaar bedragen. De twee schepen waarin De Morga de reis van Acapulco naar Manilla ondernam stonden onder zijn leiding en ondervonden geen moeilijkheden onderweg. Hij arriveerde met zijn gevolg op 11 juni 1595. Drie jaar later, toen de audiencia weer in ere hersteld werd verviel zijn functie als plaatsvervangend gouverneur-generaal en trad hij aan als oidor (rechter) in de audiencia.

Slag met Hollandse vloot

In 1600 blokkeerden twee Nederlandse schepen genaamd de Eendracht en de Mauritius onder leiding van Olivier van Noort Manillabaai in afwachting van een arriverend Manillagaljoen of Chinese handelsschepen. Volgens een verslag van De Morga zelf, werd hem door de Spaanse gouverneur-generaal Francisco de Tello de Guzmán en de Audiencia gevraagd om in de haven van Cavite een vloot gereed te maken om de Hollanders aan te vallen. De beschikbare schepen waren de San Diego, de San Bartolomé en enkele kleinere boten. Omdat deze twee schepen, gebruikt werden als vrachtschepen, moest er wat werk verricht worden. Volgens De Morga werden deze werkzaamheden op eigen kosten uitgevoerd.

Hoewel De Morga wel enige militaire ervaring had, omdat hij een generaal in de Spaanse vloot was geweest en bovendien enkele jaren luitenant kapitein-generaal van de Filipijnen, had hij geen gevechtservaring.

Op 1 december 1600 werd De Morga door gouverneur Tello benoemd tot kapitein-generaal van de vloot met de orders om de Hollanders aan te vallen. Op 14 december kwam het tot een treffen tussen de vier schepen. Omdat de kanonsluiken dicht zaten en hij daardoor geen opdracht kon geven om te vuren, gaf De Morga opdracht om de San Diego de Mauritius te laten rammen. Zo'n 30 soldaten en enkele zeelui enterden het schip en namen bezit van de bak en de after-cabin. De Hollandse vlaggenstandaard werd veroverd en de masten werden ontdaan van de zeilen en het tuig. De Hollanders trokken zich terug op de boeg waar ze zich leken over te geven. Terwijl de Hollanders wachtten op de voorwaarden voor overgave, ging het tweede schip, de Eendracht, ervandoor. De kapitein van de San Bartolome besloot omdat hij dacht dat de strijd gestreden was, tegen zijn orders in, erachter te gaan. De Hollanders zagen de veranderde situatie als een goede kans en begonnen een man-tegen-mangevecht dat ruim 6 uur duurde. Aan beide zijden vielen hierbij vele doden. Op het moment dat er aan Hollandse kant nog weinig mannen over waren ontstond er brand aan boord van de Mauritius. De Spanjaarden trokken zich daarop terug, maar de San Diego bleek water te maken en begon te zinken.

Een illustratie uit 1603 die het zinken van de San Diego en een zwaar beschadigde Mauritius laat zien

De Hollanders onder leiding van Olivier van Noort slaagden er ondertussen in om het vuur te doden en weg te varen met het zwaar beschadigde schip. Zij zouden uiteindelijk Borneo bereiken om later als eerste Hollanders de reis rond de wereld te voltooien. De Eendracht werd echter veroverd door het andere Spaanse schip de San Bartolome waarna het naar Manilla werd gesleepd. De kapitein en andere overlevenden, die door de Spanjaarden werden beschouwd als ordinaire piraten, omdat Spanje de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden op dat moment nog niet erkende, werden daar op orders van de gouverneur ter dood gebracht door middel van de garrote.

De San Diego ondertussen zonk zo snel dat de meerderheid van de opvarenden het schip niet op tijd konden verlaten. Hierbij kwamen vele tientallen opvarenden om het leven. De Morga zelf zwom vier uur lang rond, met de Hollandse standaard bij zich, tot hij uiteindelijk, net als enkele medeopvarenden, een klein verlaten eiland (Fortune Island) bereikte.

De Morga gaf achteraf de kapitein van de San Bartolome de schuld van het verlies van de San Diego, omdat deze tegen zijn orders in de achtervolging op de Eendracht inzette in plaats van gezamenlijk de Mauritius aan te vallen. De Hollandse versie van de gebeurtenissen waren echter geheel anders en zij spraken van incompetentie en laf handelen van De Morga.

In 1992 werd de San Diego door Franse schatzoekers, onder leiding van Franck Goddio geborgen. Er werd een groot aantal artefacten (34.000) aangetroffen, waaronder Chinees porselein, celadon, Japanse katana's, Portugese kanonnen en Mexicaanse munten.

Sucesos de las Islas Filipinas

Titelpagina van Sucesos de las Islas Filipinas

Antonio de Morga had door zijn functies binnen de Spaans koloniale overheid in de Filipijnen toegang tot vele overheidsdocumenenten. Hij maakte gebruik van deze positie om aangevuld met zijn eigen observaties in het land een boek te schrijven over de gebeurtenissen in de Filipijnen van 1493 tot 1603. Het manuscript voor het boek circuleerde vele jaren ongepubliceerd tot De Morga op 7 april 1609 toestemming kreeg van de onderkoning van Nieuw-Spanje, Luis de Velasco, en de aartsbisschop van Mexico, García Guerra, voor de publicatie van het werk. De twee delen van het boek werden hetzelfde jaar nog gepubliceerd door Casa de Geronymo Balli, in Mexico City.

In het boek worden vele politieke, sociale en economische aspecten van het leven in de Filipijnen uit de genoemde periode behandeld. Omdat het een van de eerste boeken die over de Filipijnen werd gepubliceerd, is het een van de belangrijkste historische bronnen uit de vroege Spaanse koloniale periode van de Filipijnen. Het boek werd veel later in het Engels vertaald door Lord Stanley, José Rizal en Emma Blair en J.A. Robertson in hun 55-delige publicatie The Philippine Islands, 1493-1898 uit 1907.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.