Witte dunschaal

De Witte dunschaal (Abra alba) heeft een vrij platte, dunschalige schelp met een elliptische vorm met een spitse achterkant en een afgeronde voorkant. Het schelpoppervlak is vrijwel zonder sculptuur, alleen fijne groeilijnen zijn aanwezig, en is matglanzend. De kleur van de schelp is wit, het periostracum is licht bruingeel maar is vaak (gedeeltelijk) verdwenen. Het slot is heterodont met alleen in de rechterklep twee lange laterale tanden. Beide kleppen hebben aan de binnenzijde net achter de top een driehoekige holte (ligamentholte) met direct ervoor twee kleine cardinale tanden.

Witte dunschaal
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Mollusca (Weekdieren)
Klasse:Bivalvia (Tweekleppigen)
Orde:Veneroida
Familie:Semelidae
Geslacht:Abra
Soort
Abra alba
(Wood, 1802)
Afbeeldingen Witte dunschaal op Wikimedia Commons
Witte dunschaal op Wikispecies
Portaal    Biologie

Afmetingen

  • Lengte: 22 mm.
  • Hoogte: 14 mm.

Habitat en levenswijze

De Witte dunschaal leeft in relatief fijnkorrelige zandbodems. De dieren leven vrij dicht tegen het oppervlak van de zeebodem ingegraven. De schelp ligt meestal schuin horizontaal met de linkerklep aan de onderkant. Met de tamelijk lange sifo's kan de zeebodem in de omgeving worden afgegraasd ('pipetteerder') maar het dier kan ook water filtreren.

Levensduur

De Witte dunschaal kan ongeveer twee jaar oud worden.

Voorkomen

Algemeen in de Noordzee in relatief ondiep maar wel rustig water. Normaal beneden de getijdenzone, vaak dieper dan ongeveer 10 meter waterdiepte.

Fossiel voorkomen

In het Noordzeegebied bekend uit Pliocene en Kwartaire mariene afzettingen. Niet algemeen. Door de tere schelp worden meestal alleen slotfragmenten gevonden.

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.