zopen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zopen (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /zopə(n)/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /zopə(n)/
Woordafbreking
- zo·pen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zuipen |
zopen
- meervoud verleden tijd van zuipen
- Wij zopen.
- Jullie zopen.
- Zij zopen.
- Wij zopen.
Gangbaarheid
- Het woord zopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zopen' herkend door:
65 % | van de Nederlanders; |
48 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.