zappen
Nederlands
Woordafbreking
- zap·pen
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘voortdurend naar een ander televisieprogramma overschakelen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1989 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
zappen |
zapte |
gezapt |
zwak -t | volledig |
Gangbaarheid
- Het woord zappen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zappen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.