whist

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • whist
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘kaartspel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1762 [1]

Werkwoord
vervoeging van
whisten

whist

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van whisten
  2. gebiedende wijs van whisten

Gangbaarheid
  • Het woord whist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
19 %van de Nederlanders;
31 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen
  1. "whist" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.