wegsluit
Nederlands
Woordafbreking
- weg·sluit
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wegsluiten |
wegsluit
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsluiten
- ... dat ik wegsluit.
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsluiten
- ... dat jij wegsluit.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsluiten
- ... dat hij wegsluit.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.