walg
Nederlands
Woordafbreking
- walg
Werkwoord
vervoeging van |
---|
walgen |
walg
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van walgen
- Ik walg.
- gebiedende wijs van walgen
- Walg!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van walgen
- Walg je?
Gangbaarheid
- Het woord walg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'walg' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.