vota
Nederlands
Woordherkomst en -opbouw
Woordafbreking
- vo·ta
Zelfstandig naamwoord
vota mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord votum
- (religie) (rooms-katholiek) plechtige beloften aan God die verbonden zijn met een bepaalde status in de kerk
Gangbaarheid
- Het woord vota staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vota' herkend door:
37 % | van de Nederlanders; |
33 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
Frans
Spaans
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.