voorschoot
Nederlands
Woordafbreking
- voor·schoot
Werkwoord
vervoeging van |
---|
voorschieten |
voorschoot
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voorschieten
- ... dat ik voorschoot.
- ... dat jij voorschoot.
- ... dat hij, zij, het voorschoot.
- ... dat ik voorschoot.
Gangbaarheid
- Het woord voorschoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'voorschoot' herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.