vierhonderdennegenenveertig

• Geluid:  vierhonderdennegenenveertig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌvirhɔndərtɛnˈneɣənənˌfertəx /

• vier·hon·derd·en·ne·gen·en·veer·tig

• samenstellende samenstelling van  vierhonderd ht,   en vw  en  negenenveertig ht 

vierhonderdennegenenveertig

1. "449", langere vorm van vierhonderdnegenenveertig, vierhonderd plus negenenveertig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

1. 1. • De inzameling heeft vierhonderdennegenenveertig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

1. 1. • De hoofdprijs van de verloting valt op lot vierhonderdennegenenveertig. 

• vierhonderdnegenenveertig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "vierhonderdennegenenveertig" wordt zelden gebruikt)[1][2]

rangtelwoord

• vierhonderdennegenenveertigste

hooftelwoord samengesteld met "vierhonderdennegenenveertig" ht als linkerdeel

• vierhonderdennegenenveertigduizend

• Het woord 'vierhonderdennegenenveertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.