vergrendel
Nederlands
Woordafbreking
- verĀ·grenĀ·del
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vergrendelen |
vergrendel
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vergrendelen
- Ik vergrendel.
- gebiedende wijs van vergrendelen
- Vergrendel!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vergrendelen
- Vergrendel je?
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.