veje
Deens
Woordafbreking
- ve·je
Naar frequentie | 2663 |
---|
Zelfstandig naamwoord
veje, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van vej
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vejar |
veje
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van vejar
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van vejar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van vejar
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.