veiligheidshandschoentjes

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vei·lig·heids·hand·schoen·tjes
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

veiligheidshandschoentjes mv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord veiligheidshandschoen
    • In de meer dan 20 zakken zaten naast potgrond, flessen en veiligheidshandschoentjes ook cannabisplantjes. [1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'veiligheidshandschoentjes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.