tossen
Nederlands
![](../I/m/Coin_toss_at_Super_Bowl_43_1.jpg)
tossen wie er mag beginnen me het spel
Woordafbreking
- tos·sen
Woordherkomst en -opbouw
- een munt opgooien [1]
Werkwoord
tossen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
tossen |
toste |
getost |
zwak -t | volledig |
- met een munt een toevalsbeslissing maken
- Elke druppel sensatie wordt geperst uit de heimelijk opgenomen dreigementen van een psychopaat. Wij schijnen dat belangrijk te vinden, dat is althans de vooronderstelling. Maar het op Holleeders instructie tossen welk van je kinderen hij het eerst zal vermoorden is nog niets vergeleken met de andere alledaagse absurditeiten van een nieuwsluwe dag. [2]
Gangbaarheid
- Het woord tossen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'tossen' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.