terugwerkende

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·rug·wer·ken·de
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

terugwerkende

  1. verbogen vorm van de stellende trap van terugwerkend

Werkwoord

vervoeging van
terugwerken

terugwerkende

  1. verbogen vorm van het onvoltooid deelwoord van terugwerken
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.