termineert

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • terĀ·miĀ·neert

Werkwoord

vervoeging van
termineren

termineert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van termineren
    • Jij termineert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van termineren
    • Hij termineert. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van termineren
    • Termineert! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.