tekortschieten
Nederlands
Woordafbreking
- te·kort·schie·ten
Woordherkomst en -opbouw
- Van te kort schieten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
tekortschieten |
schoot tekort |
tekortgeschoten |
klasse 2 | volledig |
Werkwoord
tekortschieten
- ergatief onvoldoende of ontoereikend zijn, minder goed presteren dan verwacht
- De commissie kwam tot de conclusie dat het toezicht tekortschoot.
- Ik ben bang dat ik als mens tekortschiet.
Gangbaarheid
- Het woord tekortschieten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'tekortschieten' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.