snugger

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • snug·ger
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘schrander’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1599 [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen snuggersnuggerdersnuggerst
verbogen snuggeresnuggerderesnuggerste
partitief snuggerssnuggerders-

Bijvoeglijk naamwoord

snugger

  1. slim, intelligent, als je iets snel begrijpt
    • Hij kwam niet heel snugger over bij andere mensen. 

Gangbaarheid

  • Het woord snugger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.