riskant
Nederlands
Woordafbreking
- ris·kant
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘gewaagd’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | riskant | riskanter | riskantst |
verbogen | riskante | riskantere | riskantste |
partitief | riskants | riskanters | - |
Bijvoeglijk naamwoord
riskant
- waaraan een kans kleeft dat het misgaat
- Het is een riskante onderneming om bij herhaling mensen te misleiden.
Gangbaarheid
- Het woord riskant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'riskant' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.