respireerde

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • res·pi·reer·de

Werkwoord

vervoeging van
respireren

respireerde

  1. enkelvoud verleden tijd van respireren
    • Ik respireerde. 
    • Jij respireerde. 
    • Hij, zij, het respireerde. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.