relaxen
Nederlands
Woordafbreking
- re·laxen
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘zich ontspannen’ voor het eerst aangetroffen in 1958 [1]
- >Engels
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
relaxen |
relaxte |
gerelaxt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
relaxen
- inergatief de tijd nemen zich te ontspannen
- We hebben gisteren heerlijk gerelaxt.
Vertalingen
1. de tijd nemen zich te ontspannen
Gangbaarheid
- Het woord relaxen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'relaxen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.