raadpleegt
Nederlands
Woordafbreking
- raad·pleegt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
raadplegen |
raadpleegt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van raadplegen
- Jij raadpleegt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van raadplegen
- Hij raadpleegt.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van raadplegen
- Raadpleegt!
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.