prefab

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pre·fab
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘geprefabriceerd’ voor het eerst aangetroffen in 1951 [1]
  • Van het Engelse prefab, afkorting van prefabricated (voorgefabriceerd) (met het voorvoegsel pre-)
stellend
onverbogen prefab
verbogen

Bijvoeglijk naamwoord

prefab

  1. van tevoren in een standaard formaat gemaakt en vervolgens ter plaatse gemonteerd met andere delen
    • De betonnen wanden worden niet gemaakt van prefab elementen, maar worden ter plekke gefabriceerd. 
    • Stapels prefab brieven moeten de president overhalen een zaak als die van klokkenluider Chelsea Manning te herzien. [2]
Synoniemen
  • voorgefabriceerd

Gangbaarheid

  • Het woord prefab staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.