plempen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • plem·pen
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘dempen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1678 [1]

Zelfstandig naamwoord

plempen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord plemp
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
plempen
plempte
geplempt
zwak -t volledig

Werkwoord

plempen overgankelijk

  1. ter versteviging in het water storten
  2. opvullen, dempen
Hyponiemen
  • aanplempen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • plemping

Gangbaarheid

  • Het woord plempen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
77 %van de Nederlanders;
24 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.