permuteerde
Nederlands
Woordafbreking
- per·mu·teer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
permuteren |
permuteerde
- enkelvoud verleden tijd van permuteren
- Ik permuteerde.
- Jij permuteerde.
- Hij, zij, het permuteerde.
- Ik permuteerde.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.