pennen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pennen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈpɛnə(n)/
Woordafbreking
  • pen·nen
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘Bargoens: geslachtsgemeenschap hebben’ voor het eerst aangetroffen in 1906 [1]
  • [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
pennen
pende
gepend
zwak -d volledig

Werkwoord

pennen

  1. inergatief ijverig schrijven met een pen
    • De leraar keek op om te zien of hij de volgende zin kon dicteren, maar de leerlingen zaten nog te pennen. 
Hyponiemen

Zelfstandig naamwoord

pennen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord pen

Gangbaarheid

  • Het woord pennen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈpenən /
Woordafbreking
  • pen·nen
Naar frequentie 6826

Zelfstandig naamwoord

pennen, m

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van penn


Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈpenən /
Woordafbreking
  • pen·nen

Zelfstandig naamwoord

pennen, o

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van penn
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.