pekelt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pe·kelt

Werkwoord

vervoeging van
pekelen

pekelt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pekelen
    • Jij pekelt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pekelen
    • Hij pekelt. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van pekelen
    • Pekelt! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.