pedantje
Nederlands
Woordafbreking
- pen·dan·tje
Woordherkomst en -opbouw
- pedant zn met de uitgang -je
Zelfstandig naamwoord
pedantje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord pedant
- ‘Dat is een bedenksel van Anna Doezer, die brengt er altijd wat geleerds bij te pas, ze bedoelt natuurlijk de “Gebroeders Grimm”.’
‘Zo -, is die Anna Doezer zo'n pedantje?’ [1]
- ‘Dat is een bedenksel van Anna Doezer, die brengt er altijd wat geleerds bij te pas, ze bedoelt natuurlijk de “Gebroeders Grimm”.’
Gangbaarheid
- Het woord pedantje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Bruggen, C. van De klas van twaalf. 2e druk (1926) Hollandia, Baarn; p. 28; geraadpleegd 2018-05-27
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.