pasméis
Spaans
Werkwoord
| vervoeging van |
|---|
| pasmar |
pasméis
- aanvoegende wijs tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van pasmar
- gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van pasmar
| vervoeging van |
|---|
| pasmarse |
pasméis
- aanvoegende wijs tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van pasmarse
- gebiedende wijs (ontkennend) tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van pasmarse
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.