palaver
Nederlands
Woordafbreking
- pa·la·ver
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Portugees, in de betekenis van ‘bespreking, onderhandeling’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1869 [1]
Werkwoord
vervoeging van |
---|
palaveren |
palaver
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van palaveren
- Ik palaver.
- gebiedende wijs van palaveren
- Palaver!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van palaveren
- Palaver je?
Gangbaarheid
- Het woord palaver staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'palaver' herkend door:
64 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.