openstaand
Nederlands
Woordafbreking
- open·staand
Woordherkomst en -opbouw
- openstaan met de uitgang -d
Werkwoord
vervoeging van |
---|
openstaan |
openstaand
- onvoltooid deelwoord van openstaan
stellend | |
---|---|
onverbogen | openstaand |
verbogen | openstaande |
partitief | openstaands |
Bijvoeglijk naamwoord
openstaand
- in een stand waardoor naar binnen gaan of kijken mogelijk is (van dingen die bedoeld zijn om naar binnen gaan of kijken te kunnen verhinderen)
- De inbreker klom door een openstaand raam het huis in.
- Onder zijn openstaand jasje droeg hij een ongestreken overhemd.
- niet gesloten
- Ze moesten wachten voor de openstaande brug.
- niet bezet
- Er zijn in ons bedrijf nog enkele openstaande vacatures.
- nog niet betaald (van een schuld)
- U moet nog een openstaand bedrag van 17 euro voldoen.
Gangbaarheid
- Het woord openstaand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.