openligt
Nederlands
Woordafbreking
- openĀ·ligt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
openliggen |
openligt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openliggen
- ... dat jij openligt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openliggen
- ... dat hij openligt.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.