onwerelds

• Geluid:  onwerelds    (hulp, bestand)

• on·we·relds

• afleiding van werelds met het voorvoegsel on-

onwerelds

1. niet horend bij de gewone, dagelijkse, materiële wereld

1. • Ze ziet er zelf niet onwerelds uit met haar geruite bloes en jeans. Ze excuseert zich daarvoor. ‘Eigenlijk sta ik hier in zonde. Een vrouw zal zich niet kleden als een man. Ze draagt een rok die minstens 10 centimeter onder de knie komt en ze bedekt haar hoofd met een mantilla.’ [1] 

1. • Het team van Opera Vlaanderen trapt niet in de valkuil. In plaats van te ontraadselen, voegt het juist raadsels toe. Jammer genoeg raakt de balans tussen muziek, theater en beeld daarbij wel eens zoek. Regisseurs Sidi Larbi Cherkaoui en Damien Jalet passen de techniek van de accumulatie toe. Hun versie van Debussy’s muziekdrama, gedrenkt in mysteries en onwereldse symboliek, stapelt laag op laag. Er is flink wat dans toegevoegd, de ingenieuze setting (een concept van Marina Abramovic) ontvouwt telkens weer nieuwe beelden: cirkels binnenin cirkels, weerspiegelingen, het aardedonker waar een lichtbron doorpriemt. [2] 

• hemels, hels, sprookjesachtig, mysterieus, toverachtig, etherisch, esotherisch, verheven

• Het woord onwerelds staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'onwerelds' herkend door: