onbemerkt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·be·merkt
Woordherkomst en -opbouw
  • naamwoord van handeling bemerken met het voorvoegsel on-
stellend
onverbogen onbemerkt
verbogen onbemerkte
partitief onbemerkts

Bijvoeglijk naamwoord

onbemerkt [1]

  1. zonder dat men het opgemerkt
    • In Enschede werd recent de 88-jarige Betsy Bakker op een gehaaide manier van haar bankpas en tegoeden beroofd. Ze werd in de gaten gehouden toen ze pinde en bij een actie buiten de winkel is haar de bankpas onbemerkt ontnomen. Betsy Bakker raakte in een half uur 1650 euro kwijt. [2] 
    • Ook in het noorden van Overijssel zijn eerder al alpaca’s gestolen. Deze kleine lama’s worden onbemerkt uit de weilanden gehaald en verkocht aan alpacaliefhebbers. Voor een goed dier wordt al gauw enkele duizenden euro’s neergeteld. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord onbemerkt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
85 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.