neervielen
Nederlands
Woordafbreking
- neerĀ·vieĀ·len
Werkwoord
vervoeging van |
---|
neervallen |
neervielen
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van neervallen
- ...dat wij neervielen.
- ...dat jullie neervielen.
- ...dat zij neervielen.
- ...dat wij neervielen.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.