nachtbraakt
Nederlands
Woordafbreking
- nacht·braakt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
nachtbraken |
nachtbraakt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nachtbraken
- Jij nachtbraakt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nachtbraken
- Hij nachtbraakt.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van nachtbraken
- Nachtbraakt!
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.