mountainbiket

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mounĀ·tainĀ·biket

Werkwoord

vervoeging van
mountainbiken

mountainbiket

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mountainbiken
    • Jij mountainbiket. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mountainbiken
    • Hij mountainbiket. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van mountainbiken
    • Mountainbiket! 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.