misschoten
Nederlands
Woordafbreking
- mis·scho·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
misschieten |
misschoten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van misschieten
- ...dat wij misschoten.
- ...dat jullie misschoten.
- ...dat zij misschoten.
- ...dat wij misschoten.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.