meed
Nederlands
Woordafbreking
- meed
Werkwoord
vervoeging van |
---|
mijden |
meed
- enkelvoud verleden tijd van mijden
- Ik meed.
- Jij meed.
- Hij, zij, het meed.
- Ik meed.
Gangbaarheid
- Het woord meed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'meed' herkend door:
55 % | van de Nederlanders; |
44 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.