kwebbel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kweb·bel

Werkwoord

vervoeging van
kwebbelen

kwebbel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwebbelen
    • Ik kwebbel. 
  2. gebiedende wijs van kwebbelen
    • Kwebbel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwebbelen
    • Kwebbel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord kwebbel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.