jeukte
Nederlands
Woordafbreking
- jeuk·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
jeuken |
jeukte
- enkelvoud verleden tijd van jeuken
- Ik jeukte.
- Jij jeukte.
- Hij, zij, het jeukte.
- Ik jeukte.
Gangbaarheid
- Het woord jeukte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'jeukte' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.