invaart

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·vaart

Werkwoord

vervoeging van
invaren

invaart

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van invaren
    • ... dat jij invaart. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van invaren
    • ... dat hij invaart. 

Gangbaarheid

  • Het woord invaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
70 %van de Nederlanders;
71 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.